Kernen
De kerkdorpen van Den Dungen, Gemonde, Schijndel en Sint- Michielsgestel vormen samen het hart van de Meierij, dat zich kenmerkt door haar vriendelijke en gastvrije uitstraling.
De geschiedenis van onze parochiekerk gaat terug tot 1452. Toen werd een rond 1380 gebouwde kapel verbouwd tot een St. Jacobus-kapel (het huidige priesterkoor). Door de groei van Den Dungen werd de kapel spoedig te klein en men besloot in 1533 het Schip aan de kapel te bouwen. De voorgevel van de kapel werd gedeeltelijk weggebroken, zodat een doorgang naar het priesterkoor ontstond. Alles wijst erop, dat de bouwers in 1533 de bedoeling hadden om er een kruiskerk van te maken. Let maar eens op de omvang van de voorste pilaren. De kruising tussen de voorste pilaren, het priesterkoor en de kruisarmen wordt “de viering” genoemd. Boven deze viering stond de dakruiter, oftewel de grote toren. Op de kerk heeft nog een tweede toren gestaan, die in 1752 is afgebroken.
Tijdens de Reformatie (1630-1798) was de kerk in protestantse handen. In 1807 werd de kerk teruggegeven aan de katholieken, maar het duurde nog tot 1821, voordat de kerk weer gebruikt werd voor de eredienst. Toen de kerk in 1821 weer voor de katholieke eredienst gebruikt kon worden, was het interieur van de kerk kaal, donker en verwaarloosd. De bronnen maken duidelijk, dat de Dungense parochianen vanaf het eerste moment hebben gewerkt aan het herstel van het interieur. Niet alleen werd aandacht geschonken aan wat voor de H. Mis en de katholieke geloofsbeleving noodzakelijk was, maar ook voor de verdere aankleding van het gebouw.
Rond 1850 werd de kerk uitgebreid met een congregatiekapel (de huidige sacristie). In 1899 is de kerk, naar een ontwerp van architect Fransen, uitgebreid met een neogotische toren. De voorgevel van de kerk werd weggebroken, zodat er een verbinding ontstond met de eerste torenkamers. Tegelijk met de toren werd aan de noordkant van de kerk een doopkapel gebouwd. De dopelingen gingen via het torenportaal naar de doopkapel en werden na de doop de kerk binnengeleid.
De noorderkant is het symbool van het Avondland (de duisternis). De zon komt op in het Oosten. Dopen betekent: gaan van de duisternis naar het licht. In 1965 kreeg de doopvont een plaats vooraan in de kerk en werd de doopkapel een Mariakapel. De uitbreiding van de parochie met het Maaskantje in 1917 had als gevolg, dat de kerk te klein werd. Architect Cuypers wist de kerk te behoeden voor de slopershamer. Ze werd in 1927 uitgebreid met twee zijkapellen.De congregatiekapel werd sacristie. In 1965 werd het priesterkoor opgehoogd en kwam er een nieuw altaar. In de zijkapel werd een tombe-altaar geplaatst. Dit verwijst naar een vroegchristelijk gebruik, toen op de graftombe van de martelaren de H.Mis werd opgedragen.
In 1984 werd op de plaats, waar al eerder een oksaal had gestaan, een nieuw oksaal gebouwd om het Smits-orgel, afkomstig uit de kapel van het voormalig Groot Seminarie in Haaren, te kunnen plaatsen. Het is een waardig sluitstuk van een kerk, die door prof. Frits van der Meer de mooiste laat-gotische dorpskerk van Nederland is genoemd.
Onder de titel “Gedragen door mensen” is in mei 2005 een boek uitgegeven, dat ‘de betrokkenheid van Dungenaren met hun kerk’ beschrijft.
Op 20 juli 1948 werd door mgr. Mutsaers toestemming verleend voor de oprichting van een nieuwe parochie en werd het kerkbestuur benoemd. De oprichtingsdatum van de parochie is 1 augustus 1948. Haar patroon werd de Heilige Paulus.
De noodzaak voor een kerk op de Hoevenbraak kwam in een stroomversnelling door het inzakken van het dak van de Sint Servatiuskerk in het centrum op 11 maart 1948. Bouwpastoor was Christ Vinken. De eerste steen werd gelegd op 16 juli 1949. De noodkerk werd in gebruik genomen op 29 oktober 1949. De noodkerk, die werd gebouwd als gebouw ten behoeve van Stichting Jeugdbelangen (zo heette dat officieel, want een kerk mocht niet gebouwd worden), is gebouwd met middelen, opgebracht door parochianen, o.a. door overwerk bij de firma Jansen de Wit, kousen- en sokkenfabriek. De directie verdubbelde het bedrag. De boeren leverden een liter melk per koe per week.
Vanwege het grote aantal kerkbezoekers werd in 1963 niet ver van de noodkerk (nu bekend als Sociaal-Cultureel Centrum De Vink) een ruimere kerk gebouwd. De nieuwe Pauluskerk was berekend op 1100 mensen. Pastoor Christ Vinken was wederom bouwpastoor. De kerk werd gebouwd uit de opbrengst van de oude kerk en subsidies. De kerk werd ontworpen door architect van Buijtenen. De eerste steen werd gelegd op 26 augustus 1962 en op 31 augustus 1963 ingewijd door mgr W. Bekkers.
Eind jaren ’80 bleek de kerk al weer te groot en werden plannen ontwikkeld voor een kleinere kerk, ook weer door pastoor Christ Vinken. Pastoor Christ Vinken ging op 1 april 1992 met emeritaat.
Realisatie van de 3de Pauluskerk.
De 2de Pauluskerk werd afgebroken in 1994. De aula van de voormalige Maria Bijstand-school werd in verband hiermee tijdelijk gebruikt voor de weekendvieringen. De overige vieringen werden gehouden in de verschillende kerken in Schijndel. De kerk werd gebouwd op de plaats van de oude kerk, waarbij de toren werd gehandhaafd. De kerk, voor 300 personen, werd ontworpen door architect Sleenhof en van Grinsven uit Sint Oedenrode. De eerste steenlegging was op 1oktober 1994 door pastor Kees Aarssen. De kerk werd in gebruik genomen op Palmzondag, 9 april 1995. De inwijding van de kerk vond plaats op 25 juni 1995 door mgr J. Terschure. Bouwer van de drie kerken was bouwbedrijf Gebr. Schellekens uit Schijndel.
De kerk werd in 1997 voorzien van een prachtig nieuw pijporgel, waarvoor de gelden, totaal 300.000 gulden, werden bijeengebracht door allerlei acties. In 2001 werd nieuw meubilair voor het priesterkoor gerealiseerd, zoals een altaar, een credens en koorstoelen naar een ontwerp van Boijke Cooijmans. Het beeld van de Heilige Paulus, naamgever van deze kerk, werd in 2004 geplaatst. Het beeld was een geschenk aan pastor Kees Aarssen bij gelegenheid van zijn 40-jarig priesterjubileum in 2003. Na vertrek van pastoor Christ Vinken, werd pastoor/deken C. van den Brand tijdelijk de pastoor. Dat duurde tot na de realisatie van de bouw van de kerk. Met ingang van november 1995 werd pastor Kees Aarssen waarnemend pastoor van de parochie. Deze was sinds 1967 reeds aan deze parochie verbonden als assistent van pastoor C. Vinken. Op 21 augustus 2003 overleed pastor Kees Aarssen plotseling op 66-jarige leeftijd. Emeritus pastoor Christ Vinken overlijdt op 11 oktober 2004 in de leeftijd van 88 jaar. Bij de oprichting van de Pastorale Eenheid Schijndel in september 2001 werd pastoor Norbert Swagemakers tot pastoor/teamleider benoemd. Vanaf die tijd eeft de Pauluskerk geen eigen pastor meer en worden de kerken bediend door een pastoraal team. Sinds het overlijden van pastor Kees Aarssen is pastoor/deken Harrie Verhoeven (parochie Wijbosch) samen met pastoor Swagemakers beschikbaar voor de weekendvieringen. Pastoor Verhoeven gaat voor bij het merendeel van de rouw- en trouwdiensten en jubileumvieringen. De doopvieringen worden verzorgd door pastoor Norbert Swagemakers en diaken Mari van der Heijden. Pater Joe volgt in 2010 pastoor Swagemakers op.
Op 29 juni 2013 wordt de 3de Pauluskerk na 18 jaar aan de eredienst onttrokken.
Pastoor Harrie Verhoeven overlijdt op 4 oktober 2013 in de leeftijd van 77 jaar.
Jo van Swaaij heeft in 2012 een prachtig fotoportret gemaakt van de kerk van de H. Michaël. En daarin zegt hij onder andere:
Geleidelijk aan ging ik steeds meer houden van dit “armzalige kerkgebouw van kalkzandsteen en rioolbuizen”. Maar hij spreekt ook hoe bezield de architect Willem Valk de sacrale ruimte had afgestemd op de liturgische handelingen.
Het ontwerp is met een mengeling van expressionistische, ambachtelijk-traditionele en op de gotiek geïnspireerde vormen uitgevoerd. De driebeukige transeptloze kerk heeft een opvallende toren met overhoekse spits. De centrale plaats van het altaar en indeling van de ruimte is zo gemaakt, dat het gezichtsveld van de aanwezigen niet beperkt wordt door zuilen en boogconstructies.
De huidige Michaëlkerk aan de Nieuwstraat is in 1930 gebouwd ter vervanging van de oude uit 1839 stammende waterstaatskerk aan de Plaatse (het huidige Petrus Dondersplein).
Op 20 april 1931 werd de nieuwe kerk aan de Nieuwstraat door mgr. A.F. Diepen, bisschop van ’s-Hertogenbosch, geconsacreerd. De oude kerk op het Petrus Dondersplein is toen aan de gemeente verkocht en afgebroken. De prachtige 15e-eeuwse toren is als monument en klokkentoren gehandhaafd. Vrijwel alle beelden uit de oude kerk, waaronder een beeld van de patroonheilige en een kruisgroep uit 1839, hebben een plaats gekregen in de nieuwe kerk.
Ontwerp van de kerk.
De Michaelkerk is ontworpen door architect H.W.Valk en gebouwd door aannemersbedrijf J. Gerats uit Blerick. De driebeukige transeptloze kerk is in baksteen opgetrokken en heeft een toren met hemeldak tussen topgevels geflankeerd door ronde van kegeldaken voorziene zijkapellen.
Het grote schip heeft 7 vakken met uitgebouwde biechtstoelen en een koor-travee met lantaarntoren en een lage ronde absis. Het gehele gebouw heeft ondanks de onconventionele opbouw tamelijk traditionele gotiserende details in de torennissen en de lichtramen van het schip, die in de zijbeuken en in de koortravee vierdelig zijn.
Inwendig blijkt de driebeukige indeling van zijbeuken en hoge lichtbeuk op verrassende wijze aangepast te zijn aan het streven een zo goed mogelijk zicht op het altaar onder de lantaarntoren te bereiken. Het schip heeft zeer rijzige, op uitkragend schoon metselwerk aanzettende spitsbogen, afgesloten met meloengewelven waarop de lichtbeukramen met steekkappen aansluiten. De kerk is een vertegenwoordiger van de mengeling tussen expressionistische en traditionele bouwvormen in het werk van architect H.W.Valk en toont een hoog niveau van gewelfbouw in baksteen en is daardoor een markant onderdeel van het dorpscentrum.”
Rijksmonument
De architectonische kwaliteit van het kerkgebouw heeft er toe geleid dat de Michaëlkerk inmiddels is aangewezen als Rijksmonument.
Aanpassingen interieur
Van binnen is het aanzien van de kerk gedurende de afgelopen decennia meermalen aangepast en veranderd.
Na de plotselinge instorting van het torengewelf in 1934 is de eerder genoemde kruisgroep boven het hoofdaltaar geplaatst en voorzien van een baldakijn ter bescherming tegen ongevallen.
Omstreeks 1980 is het hoofdaltaar naar voren geplaatst om plaats te maken voor het prachtig gerestaureerde neo-romaans Loretorgel, afkomstig uit de kapel van het voormalig seminarie Beekvliet. De kruisgroep verhuisde weer naar het oksaal in de toren.
Ter gelegenheid van Michaël 50 in 1981 is de sacristie vergroot en ingericht als dagkapel en parochiezaal. Ook is de functie van de zijkapellen veranderd. De eerdere Michaëlkapel is Mariakapel geworden en het beeld van de patroonheilige is verhuisd naar de vroegere doopkapel.
Ter gelegenheid van het 60 jarig bestaan van de kerk is op het rechter zijaltaar een beeld van de H.Willibrord geplaatst, gemaakt door de heer Coppens uit Den Dungen.
Een grote verbetering was het vervangen van de noodbanken met klepzittingen door de vrijgekomen banken uit de Theresiakerk in Tilburg .(ook de Theresiakerk was een ontwerp van architect Valk).
Neoromaanse Loret-orgel.
Het orgel is afkomstig uit de voormalige kapel van het seminarie Beekvliet en is in 1876 gebouwd door orgelbouwer François Bernard Loret uit Mechelen. Het was een geschenk van prof. Spierings, die destijds aan het seminarie verbonden was en later pastoor van de Sint Pieterskerk in ‘s-Hertogenbosch werd. Bij vergroting van de seminariekapel in 1951 besloot men het orgelvolume met 7 registers uit te breiden tot 32 registers. Bovendien werd het orgel omgebouwd naar een elektrisch pneumatisch systeem met behoud van de oude sleepladen, de orgelkast en bijna geheel het oude pijpwerk. Na sluiting van het seminarie is het orgel door het bisdom aan de Michaelparochie geschonken.
De eerste steen voor de huidige H. Servatiuskerk werd gelegd op 15 april 1839 en 7 augustus 1840 werd de kerk ingewijd. Met onder meer het materiaal van de grotendeels afgebroken oude kerk bouwde men onder leiding van een staatsingenieur (vandaar de naam waterstaatskerk) en met staatssubsidie van fl. 10.000,- een nieuwe grotere kerk tegen de oude toren. De parochianen droegen fl. 6000,- bij. De laagste aanbestedingssom was fl. 26 898,- .
In het najaar van 1944 werd de kerk zwaar beschadigd. Van deze oorlogsschade is de kerkruimte in 1947 hersteld. De toren, die onder monumentenzorg staat, werd hersteld in 1955. Tegelijkertijd zijn toen de koorbanken achter in de kerk weggenomen en is er een verbinding van de kerk gekomen met het luihuis onder de toren. In 1970 heeft de “Servatius” een jeudiger en modern interieur gekregen o.l.v. architect P. Rooyakkers. Meer centraal werd een nieuw altaar geplaatst. Nieuwe banken werden hier omheen gezet. De preekstoel verhuisde van het midden van de kerk naar de andere zijde, vooraan in het oude priesterkoor. Ook werden de houten beelden van hun “gipsen” jas ontdaan. De zijaltaren verdwenen.
Nu is er de rustige muur met sacristiedeur en een beeld in het midden van de niswand. In juli 1980 kwamen de laatste veranderingen: een koororgeltje en de verplaatsing van de doopvont vanuit het portaal. De kerk is een ruimte, waar rust van uitgaat door haar evenwichtige, stoere verhoudingen, een ruimte met warme sfeer vanwege haar prachtige houtsnijwerk. In 1990 werd de aanbouw van de nieuwe sacristie voltooid.
(Vrij naar Zehr. Pastoor C. v.d. Brand)
De kerk in Gemonde is genoemd naar Sint Lambertus. Architect van deze kerk is Wolter te Riele (1867 – 1937), die de neogotische bouwstijl trouw bleef. Als leerling van de grote architect Pierre Cuypers is dat niet verwonderlijk te noemen.
De eerste steen werd gelegd op 21 januari 1924 en op 13 december 1924 werd de kerk in gebruik genomen. Het duurde nog drie jaar, voordat op 20 juni 1927 Monseigneur Arnoldus Diepen, bisschop van Den Bosch, de kerk plechtig kwam consacreren.De gelovigen hebben een goed zicht op het altaar en voelen zich “omarmd” door de gewelven van schoon metselwerk, waarop fraaie schilderingen zijn aangebracht. Het is een waar Godshuis.
Talrijke gegevens maken sterk de indruk, dat de omgeving van Gemonde vóór 700 in aanraking is gekomen met het Frankische Christendom, dat hier door missionarissen uit de directe omgeving van Lambertus is verkondigd. Het christendom kwam vanuit de bisdomstad Maastricht via de Maas stroomafwaarts en bereikte via de vele stroompjes ook de nederzetting Gemonde, gelegen aan de rivier de Dommel.
De kerkheuvel “Den Hoogert”, waar nu de begraafplaats is, was een geschikte plaats voor de geloofsverkondiging. Een kleine missiekapel was de eerste in de reeks van alle volgende kapellen en het kerkje in Gemonde.
Bij opgravingen zijn op deze plaats resten aangetroffen van een stenen kerk, die in de elfde eeuw gebouwd is. Daar werd een aantal eeuwen gekerkt in een kerk, die aanvankelijk een romaans aanzien had. Later door verbouwingen kreeg de kerk een meer gotische stijl. Na de sluiting van deze gotische stenen kerk rond 1648 zagen de katholieken zich genoodzaakt elders hun geloof te vieren. Er kwamen achtereenvolgens tweetal schuurkerkjes. De een in 1674 en de ander in 1771. In 1824 brak men de eeuwenoude kerk op “Den Hoogert “ af en begon Gemonde aan de bouw van een nieuwe kerk. Stenen van de oude kerk werden voor de nieuwe kerk gebruikt. Toen deze kerk, gelegen tegenover het Twijnmeer na honderd jaar te klein was, bouwde men de huidige kerk, die in 1924 haar deuren opende voor de beleving van het katholieke geloof.
Vanaf 1884 bestaat de parochie van de Sint Servatius te Wijbosch. Zij werd gesticht vanuit de H. Servatius te Schijndel. Haar eerste pastoor was een kapelaan van die kerk, nl. J. van Vroonhoven (de pastoor van Vroonhovenstraat is naar hem genoemd).
Tevoren gingen ook de mensen uit het Wijbosch naar de kerk in Schijndel, alhoewel er in nog vroegere tijden een kapel van de H. Antonius abt werd bezocht, die in het Wijbosch stond en door de kannuniken van St. Jan werd bediend.
Pastoor van Vroonhoven werd opgevolgd door A. van Roessel en die weer door H. Franken.
Op het einde van de 2e wereldoorlog werd de kerk in puin geschoten en werd er zolang “gekerkt” in de kapel van de zusters in Barbara, de enige kerk die gespaard was gebleven.
In 1944, kwam als nieuwe bouwpastoor A. Vissers. Hij bouwde een nieuwe kerk die zijn bekroning vond in 1952. Pastoor Vissers werd opgevolgd door W. Hanegraaf, A. Bots en H. Verhoeven.
De patroon van de kerk is de H. Servatius die in de 4e eeuw bisschop was van Tongeren en Maastricht.
De architect van de huidige kerk was J.J. van Halteren. De kerk heeft de vorm van een kruis maar de toren ontbreekt. Er zijn glas-in-lood ramen met de 7 sacramenten. De thema’s arbeid en landbouw ontbreken niet. Ook Maria en Aloysius hebben er hun plaats gevonden. Tot op zekere hoogte is de kerk in een neo-romaanse stijl opgetrokken.
Beelden van Maria, Jozef en ’t H. Hart, evenals de vier evangelisten waren zichtbaar aanwezig, evenals is een prachtige aquarel kruisweg van de heer v.d. Akker-Wijgergangs.
Pastoor Harrie Verhoeven schreef een boekje met als titel: “ Servatius een beknopte geschiedenis 100 jaar Wijbosch.
Eind juni 2013 werd de Servatiuskerk aan de eredienst onttrokken nadat zij decennia lang haar gelovigen gediend had.
Bij bisschoppelijk schrijven van 23 januari 1928 werd de parochie aan de Boschweg opgericht, toegewijd aan Onze Lieve Vrouw van de Heilige Rozenkrans, thans onze parochie. Als bouwpastoor werd benoemd A. J. Pessers destijds kapelaan van St. Jacob in ‘s-Hertogenbosch.
Op 24 januari 1928 kwam het kerkbestuur voor de eerste maal bijeen, de samenstelling was als volgt; voorzitter pastoor A. Pessers, secretaris A. Timmermans, J. van de Westenlaken, J. Verhagen en J. Geerts.
Wegens de vele moeilijkheden welke zich voordeden, in hoofdzaak draaiende over de plaats waar de kerk zou worden gebouwd, was snel handelen geboden. De Architect van de Kerk was Philip Donders uit Tilburg, met als toegevoegd architect Christ van Liempd uit Schijndel. Op 27 april 1928 had al de aanbesteding van de kerk en pastorie plaats. Op 9 mei daar aan voorafgaand werd met goedkeuring van de Bisschop de aanbesteding gegund aan de aannemers Mertens en Weterings te Raamsdonkveer.
Een nieuwe tegenslag die zich voordeed was de onbetrouwbaarheid van de bodem, die zich na afgraving van de grond openbaarde. De enig afdoende oplossing bleek te zijn, de aanvankelijk geplande fundering te vervangen door heifundering.
Op 25 augustus 1928 waren de 175 betonnen palen van elk 9 meter lengte, daverend in de bodem geslagen, waarop de kerk, die voorlopig maar gedeeltelijk zou worden gebouwd, veilig zou kunnen rusten.
Op deze gedenkwaardige dag werd na een plechtige H. Mis in de oude St. Servatiuskerk, de eerste steen gelegd, waarin, in een loden koker, de oorkonde werd gedeponeerd, luidende als volgt:
“In het jaar 1928 van het Herstelde Heil, toen paus Pius XI de Kerk Gods gelukkig bestuurde, toen Arnold Diepen Bisschop was van ’s-Hertogenbosch en Wilhelmina Koningin van Nederland, heeft de eerste pastoor, Adr. Jos. Pessers, deze eerste steen, geplaatst in de nieuw te bouwen kerk, toegewijd aan Onze Lieve Vrouw van de Heilige Rozenkrans, terwijl aanwezig was een grote kring van juichende gelovigen, op de feestdag van de H. Bartholomeus. Tot eeuwige gedachtenis en bevestiging van dit feit heeft de pastoor van genoemde op te richten kerk deze oorkonde gesloten in den eersten steen”.
Op 24 juni 1929 (feestdag van St. Jan) werd de kerk en het hoofdaltaar plechtig door Monseigneur Diepen geconsacreerd. Bij gelegenheid van het 25- jarig bestaan van de parochie in 1954 werd het plan gemaakt tot afbouw van de kerk met toren en doopkapel en in 1955 was het werk voltooid, uitgevoerd door het aannemersbedrijf van Gebr. Schellekens uit Schijndel. In 1965 werd Pastoor J. van Gorp geïnstalleerd die in 1969 werd opgevolgd door J. Rijnja.
De kerk ging overdag op slot, daarom werd onder de toren een dagkapel ingericht.
Deze trekt tot op de dag van vandaag iedere dag vele bezoekers die er een moment van meditatie, rust, gebed, aanhoring en inspiratie vinden. In 1988 werd W. van Sleeuwen als pastoor geïnstalleerd. Inmiddels werd de pastorale eenheid Schijndel gevormd. In 2003 werd W. van Sleeuwen opgevold door Pastoor N. Swagemakers. Men kan spreken van een waardig kerkgebouw binnen een levendige parochie die tot op de dag van vandaag in een grote behoefte voorziet.
Op 24 juni 2004 bestond onze parochie 75 jaar
In 2011 vertrok pastoor Swagemakers naar Berg en Dal. Pastoor Frank As uit Sint Michielsgestel werd administrator. De opvolger van Swagemakers werd de uit india afkomstige Pater C.S.J. Michael, pater Joe. Joe werd door de Boschweg met open armen ontvangen. In augustus 2012 werd door het bisdom van ’s-Bosch het besluitgenomen om de kerk aan de erendienst te onttrekken. Dit gebeurde uiteindelijk op 30 juni 2013. Een gitzwarte dag voor deze geloofschap.